Halsema kijkt jaloers naar legale wietmarkt New York en ziet i-criterium als tijdelijk

Halsema kijkt jaloers naar legale wietmarkt New York en ziet i-criterium als tijdelijk

Zo’n drie kwartier sprak de commissie algemene zaken op 29 april met burgemeester Femke Halsema over de aanpak van straatdealers en mogelijke invoering van het ingezetenencriterium voor coffeeshops in Amsterdam. Halsema kijkt ‘met enige jaloezie’ naar New York, waar cannabis sinds 31 maart legaal is. En ze benadrukte dat het i-criterium, als het al wordt ingevoerd, een tijdelijke maatregel zal zijn. ‘Het moet effectief zijn, anders zullen we het niet doen.’

BCD woordvoerder Joachim Helms wist in de drie minuten die insprekers maximaal mogen vullen de grootste knelpunten én de oplossing helder samen te vatten. Hij verwees naar de gemeente Vlissingen, die in april stopte met het i-criterium omdat handhaving teveel overlast van straatdealers veroorzaakt. Maar ook in Maastricht, die het i-criterium als een van de laatste steden blijft handhaven, levert de maatregel veel problemen op. ‘Met name kwetsbare jongeren worden de illegaliteit in getrokken’, zei Helms, die de hoop uitsprak dat voor de expertmeeting op 25 mei ook deskundigen op dit gebied worden uitgenodigd.

Naar een beheersbare cannabismarkt?

Helms legde de vinger op de zere plek: ‘Het lijkt mij goed om duidelijk te krijgen wélk probleem we willen oplossen met wélke maatregel. Wáárom wil de burgemeester ook alweer het i-criterium invoeren? Was dat omdat we het toerisme willen terugdringen en de leefbaarheid in de binnenstad willen verhogen? Dan is ondertussen iedereen het er wel over eens dat het i-criterium een averechts effect zal hebben. Of was dat omdat we de achterdeur willen reguleren zoals staat in de notitie “Naar een beheersbare cannabis markt”? (zie bijlage)

Wietwet

De BCD heeft ideeën genoeg over het reguleren van de achterdeur. Daarvoor zal Amsterdam aan moeten kloppen bij de landelijke politiek. Helms: ‘Wij staan honderd procent tot uw beschikking om daar een positieve bijdrage aan te leveren. Als wij als Amsterdam duidelijk maken dat de Wietwet die nu in de Eerste Kamer ligt nu moet worden doorgevoerd, dan is dat een heel duidelijk signaal naar politiek Den Haag.’

Volledige regulering en legalisering is de enige echte oplossing tegen wat met het modewoord ondermijning wordt aangeduid, tegen inmenging van harde criminaliteit aan de achterdeur en andere excessen. Helms: ‘En voor reguleren is géén i-criterium nodig zoals in de brief staat want dat werkt nou juist weer ondermijning in de hand: iedere roker die niet in de coffeeshop terecht kan is er één die de illegale markt op gaat. En waarom zou je het probleem eerst erger maken alvorens je het probeert op te lossen?’

Uitsluitsel-criterium

Aan het slot van zijn betoog verwees Helms naar de campagne tegen straatdealers die de BCD met het Adviesburo Drugs van August de Loor en de smartshopbranche heeft ontwikkeld. De ‘Ignore Street Dealers’ posters van deze campagne hangen in een groot aantal coffeeshops in de stad. De coffeeshop blijft een doeltreffende plaats om de doelgroep aan te spreken en te informeren. Helms: ‘Gebrúik de coffeeshops ook om die jong volwassenen die naar Amsterdam komen efficiënt te bereiken. Laten we dit niet weggooien door het Uitsluitsel-criterium in te voeren!’

Bij de behandeling van het agendapunt ‘Kennisneming maatregelen en onderzoeken straatdealers en ingezetenencriterium coffeeshops’, trapte DENK raadslid Sheher Kahn af met een scherpe vraag aan de burgemeester. Kahn, in maart nog te gast in de CannaStemBus: ‘Blijft extra politie inzet niet dweilen met de kraan open als we de illegale markt voor de straathandel effectief gaan verruimen met het i-criterium?’

Expertmeeting 25 mei

Sofyan Mbarki (PvdA) en Erik Flentge (SP) vroegen waarom er geen onderzoek is gepland naar de ervaringen elders in het land. Mbarki: ‘Waarom zijn andere gemeenten afgestapt van het i-criterium, vanaf 1 april bijvoorbeeld Vlissingen? Ik wil die analyse hier bij betrekken. Waarom stappen gemeentes in het land af van het i-criterium, terwijl wij juist die richting op willen gaan?’ Raadsleden Zeeger Ernsting (GroenLinks), Rob Hofland (D66) en Daan Wijnants (VVD) organiseren een expertmeeting over het i-criterium, op 25 mei. Wijnants, verklaard voorstander van het i-criterium, maakt zich vooral druk of de invoering geen vertraging oploopt.

SP’er Erik Flentge slaagde er het beste in Halsema te bewegen duidelijkheid te geven over haar visie en plannen. Flentge: ‘Er moet mij toch van het hart, dat wij internationaal nu best wel stappen zien op weg naar regulering en dat wij dan in Amsterdam wellicht een stap de andere kant op gaan maken. Dat baart me zorgen.’ Over de averechtse effecten van het i-criterium in de rest van het land zei Flentge: ‘Waarom zijn er zoveel steden juist afgestapt van het i-criterium? Daar is een reden voor.’ Hij wees op de economische effecten van de corona crisis, die tot extra kwetsbaarheid leiden, juist omdat er in de stad al een ‘wijdverbreid systeem’ van dealers bestaat.

Nieuw kabinet

Burgemeester Halsema wil het hele onderwerp in het najaar bespreken, zei ze tegen de raad, als de uitgezette onderzoeken af zijn. En mocht het i-criterium worden ingevoerd, dan zal ‘er ook sprake moeten zijn van een ruime overgangstermijn’. Halsema sprak uitgebreid over haar wens om de cannabismarkt verder te reguleren: ‘Ik ben het met de heer Hofland en anderen eens dat regulering van de cannabismarkt uiteindelijk de enige weg is die we kunnen en moeten gaan. Tegelijkertijd is dat een landelijke discussie, niet een lokale. Het vereist ook landelijke oplossingen. Dus ik hoop u aan mijn zijde te vinden als een nieuw kabinet daar misschien nieuwe voorstellen toe zou kunnen doen. Met een gegroeid D66 in het kabinet heb ik daar wel enigszins mijn hoop op gevestigd.’

Toen ze trachtte uit te leggen waarom de Amsterdamse cannabismarkt te groot zou zijn om te reguleren, kreeg de burgemeester wat last van haar geheugen. Halsema: ‘Wij hebben als lokale driehoek altijd gezegd dat een voorwaarde daarvoor wel is dat de Amsterdamse cannabismarkt minder explosief en groot zal moeten worden. Het is in 2011 ontworpen in zijn beleid als een markt voor lokale gebruikers, het is inmiddels een markt voor internationale gebruikers. Waarbij er zo’n grote vraag is en zo’n groot aanbod, dat wij om die reden niet meer mee konden doen aan het experiment. Daarvoor moest het i-criterium ingevoerd worden en daarbij was ook het aantal coffeeshops in onze stad veel te groot om deel te kunnen nemen.’

I-criterium alleen verplicht in grensgemeenten

Los van de nogal arbitraire verwijzing naar het jaar 2011 -Amsterdam kent immers al sinds de vroege jaren ’70 coffeeshops- geeft Halsema hier incorrecte informatie over het wietexperiment. De verplichte handhaving van het i-criterium geldt alleen voor grensgemeenten in het experiment, zoals Rob Hofland (D66) terecht opmerkte. Bovendien is het aantal coffeeshops nooit bepalend geweest, maar heeft het kabinet de wietproef beperkt tot maximaal tien ‘(middel)grote gemeenten’. Een politieke keuze, die niets met praktische haalbaarheid te maken heeft.

Toch bleef Halsema erbij dat het aantal van 170 coffeeshops in Amsterdam regulering onmogelijk zou maken: ‘Wij bijten in onze staart. Als wij willen reguleren zal de markt kleiner en beter beheersbaar moeten worden om ook stappen te kunnen zetten richting regulering.’ Het i-criterium moet bijdragen aan die verkleining, en zal hooguit tijdelijk worden gehandhaafd: ‘Als ik spreek over het i-criterium, dan gaat het ons om tijdelijke invoering er van om te zorgen dat de vraag verkleind zou kunnen worden. Bovendien hebben wij als driehoek ook andere voorstellen gedaan en ik zou toch willen dat u die ook blijft noemen.’

Keurmerk en doorbreken monopolievorming

Voorbeelden van die andere voorstellen: verruiming van de handelsvoorraad, introductie van een keurmerk, maar ook ‘doorbreking van de monopolievorming door het verkleinen van de ketens voor te gaan stellen’, in Halsema’s woorden. Overigens is de maximaal toegestane handelsvoorraad ook nationaal beleid. ‘Wij streven hetzelfde doel na’, bezwoer Halsema de deelnemende raadsleden, ‘namelijk een gereguleerde markt. De vraag is hoe we daar komen.’ SP’er Flentge liet zich door deze zalvende woorden niet afleiden en legde de vinger op een opvallend zere plek.

De invoering van het i-criterium leunt op één enquête, afgenomen op de Wallen en dus niet representatief voor de hele groep buitenlandse bezoekers. Flentge: ‘Ik weet dat u voorstander bent van het i-criterium of in ieder geval een poging daartoe. Dat baseerde u vooral op het onderzoek naar toeristen in het Wallengebied, waarvan een deel zegt: ik kom niet meer als ik geen toegang meer heb tot coffeeshops. Dan is de vraag: is dat voor u voldoende reden om te zeggen: dát is de manier om de vraag naar coffeeshops vanuit het buitenland, van toeristen echt kleiner te krijgen? Ik zoek daar echt meer duiding bij. Want we hebben alleen maar mensen op de Wallen onderzocht, niet op andere plekken in de stad.’

Klem gezet

In haar antwoord moest Halsema erkennen dat de onderbouwing van haar aanname wel erg dun is. ‘Ik voel me daar wel een klein beetje in klem gezet, als ik eerlijk ben. Laat ik dus vooral zeggen dat wij om die reden ook onderzoeken hebben aangekondigd naar de effectiviteit van een eventuele invoering van het i-criterium. Het is een middel en geen doel. En als het middel zijn doel mist, dan zullen we dat gewoon met u willen overwegen. Het moet effectief zijn, anders zullen we het niet doen.’

De burgemeester vindt wel dat de mensen die zorgen hebben over het i-criterium ‘er iets te makkelijk aan voorbij gaan dat wij de afgelopen jaren onder invloed van het toerisme een enorme toename zien van het aantal straatdealers. Met name in het centrum, waar ook nog eens het overgrote deel van de coffeeshops zit, bijna 100 van de 170 coffeeshops die we in Amsterdam hebben. Dus blijkbaar heeft het enorme aantal coffeeshops in de binnenstad niet kunnen tegenhouden dat wij daar al heel erg veel straatdealers hebben.’

Ander daglicht

Let wel: het aantal coffeeshops daalt al jaren in alle delen van Amsterdam. In het jaar 2000 telde de stad 283 coffeeshops, in 2005 waren het er 246, tien jaar geleden 222 en nu nog 170. Een daling van zo’n veertig procent sinds 2000, een periode waarin het massatoerisme sterk groeide. Dat plaatst de koppeling tussen ‘het enorme aantal coffeeshops’ en de problematiek van straatdealers in een ander daglicht. Net als het feit dat handhaving van het i-criterium in vrijwel alle steden heeft geleid tot een toename van het aantal straatdealers.

Halsema nam alvast een verrassend voorschot op de onderzoeken naar de effecten van het i-criterium. ‘Mijn stelling, en die laten we ook onderzoeken, is dat de markt voor straatdealers wel eens verzadigd zou kunnen zijn. Het omgekeerde zou ook kunnen gebeuren, dat we niet een toename van het aantal straatdealers zien als het aantal drugstoeristen naar Amsterdam zou kunnen verminderen, maar een afname. Beide stellingnames, namelijk een toename van het aantal straatdealers en een afname, kan ik niet bewijzen. Daarom laten we het ook onderzoeken.’

Onvoldoende gesensibiliseerd

Opnieuw was het Erik Flentge die, met een verwijzing naar Pieter Omtzigt, effectief doorvroeg: ‘Ik hoor daar toch wel wat stellingnames. Die u laat onderzoeken, maar inmiddels zijn ze wel gedropt. Het is nogal een stellingname, dat de illegale straathandel verzadigd zou zijn. Dan zou je ook veronderstellen dat u in de onderbouwing iets betrekt van enkele steden in het Zuiden.’ Zijn advies aan Halsema: ‘Ik zou terughoudender zijn, eerst het onderzoek bekijken, kijken hoe het in het zuiden is en dan pas de vervolgstap maken. Ik merk dat de burgemeester daar een beetje geïrriteerd op reageert; wellicht ben ik onvoldoende gesensibiliseerd.’

Overleg met BCD

Hoewel ze het woord stelling vijf minuten eerder zelf had gebruikt, ontkende Halsema keihard dat ze een stelling had geponeerd. ‘Het was geen stelling, het was een vraag. Want ik zei er namelijk heel nadrukkelijk bij dat ik het antwoord er niet op had.’ Het debat kreeg er een Haags tintje door. Vermeldenswaard: de burgemeester noemde de BCD: ‘Ik ben op dit moment ook in overleg met de Bond van Cannabis Detaillisten, omdat ik ook aan hen de vraag heb voorgelegd: zijn er alternatieve scenario’s om de vraag, met name uit het buitenland, te gaan verkleinen? En ik ben heel benieuwd naar het antwoord dat zij daarop zullen geven.’

Halsema is zich er van bewust dat de stad New York, met ruim acht miljoen inwoners, cannabis inmiddels heeft gelegaliseerd. ‘Ik kijk ook met enige jaloezie naar bijvoorbeeld New York. Want echt, u en ik denken er niet anders over, en ik zou heel graag stappen willen zetten in de richting van een gereguleerde markt.’ Waarom de cannabismarkt in New York, met 65 miljoen bezoekers per jaar, niet te groot is om te reguleren, bleef onduidelijk.

Kwetsbaarheid aan de achterkant

De scheiding tussen soft- en harddrugs is wezenlijk, zei Halsema. Om er aan toe te voegen: ‘Ik denk dat die scheiding voor gebruikers nog steeds bestaat, maar die vervaagt wel aan de achterkant. En dat is buitengewoon kwetsbaar.’ Woorden die wrang in de oren zullen klinken bij Henry Dekker, eigenaar van vier coffeeshops in Amsterdam. Op 3 maart werd zijn voorraad voor de zoveelste keer in beslag genomen. Zulke acties verhouden zich slecht tot de vermeende ‘kwetsbaarheid aan de achterkant’ en de wens tot regulering.

Conclusie: de dreiging van invoering van het i-criterium blijft voorlopig boven de Amsterdamse coffeeshops hangen. Op 25 mei staat een expertmeeting over het omstreden voorstel op de raadsagenda. In het najaar volgt het debat over de onderzoeken naar de effecten en concrete invoering van het i-criterium. Winst van dit overleg is Halsema’s toezegging om ook de ervaringen van andere gemeenten met het i-criterium te gaan onderzoeken. En misschien toch ook wel deze woorden van de burgemeester:

‘Laat ik nog eens beklemtonen dat ik zeker niet de andere kant op zou willen bewegen als een deel van de wereld juist in de richting van regulering beweegt. Ik zou eigenlijk samen met u de Amsterdamse markt gereed willen maken om echt wezenlijke en betekenisvolle stappen te kunnen zetten in de richting van regulering. Alleen moet de markt iets minder verhit raken dan deze op dit moment is.’

Redactie BCD 21 mei 2021

https://cannastembus.nl