Overleg met ministeries

Overleg met ministeries

Het experiment begint pas als er voldoende wiet van goede kwaliteit beschikbaar is. Coffeeshopondernemers en ambtenaren overlegden in goede sfeer over het wietexperiment.

foto Robert Huiberts

Op 22 augustus waren de stuurgroep van Cannabis Connect (Wouter van Egmond, Joachim Helms, Hein Schafrat, Bart Vollenberg en Tino Bos) en de woordvoerster van de Bredase coffeeshopbond (Margriet van der Wal) opnieuw uitgenodigd in Den Haag. Ze spraken daar met een werkgroep van ambtenaren van VWS en Justitie en Veiligheid over de uitwerking van het wietexperiment. Naarmate de tijd vordert gaan dit soort overlegrondes steeds meer over de invulling van (vaak heel belangrijke) details.

Zoals dat tegenwoordig steeds vaker de gewoonte is boden de ondernemers een zogenaamd position paper (zie link naar de pdf onderaan dit artikel) aan bij hun bezoek, een tekst waarin de coffeeshopsector uitlegt hoe de branche aankijkt tegen de planvorming over het wietexperiment in het Haagse. Dat position paper was via de WhatsApp groep digitaal voorgelegd aan de achterban van Cannabis Connect. Voor het raadplegen van de achterban via een gebruikelijke meeting van Cannabis Connect was de tijd tussen de uitnodiging en het overleg helaas te kort. Ook de timing (in de vakantie) maakte een gezamenlijk overleg op één locatie onmogelijk.

De ambtenaren hadden een aantal concrete vragen aan de branche, onder meer over de eisen aan de verpakking van de wiet, over het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen, over het selecteren van telers en over de overgangsfase. In het gesprek en in de position paper gingen de ondernemers nader in op die vragen.

Voldoende wiet van goede kwaliteit

In het gesprek konden de ambtenaren de coffeeshopbranche op een paar zorgpunten die nog steeds bij veel ondernemers leven enigszins geruststellen. Zo is de duur van de overgangsfase dan wel in beton gegoten, maar laten de ambtenaren weten dat er niet zal worden gestart met het experiment wanneer er onvoldoende cannabis van goede kwaliteit met voldoende variëteit in de schappen ligt. De deelnemende coffeeshopondernemers zullen in overleg met de telers meebepalen of dat inderdaad het geval is. Dat is een hele geruststelling.

Gewasbeschermingsmiddelen

De ambtenaren neigen naar volledige biologische teelt, maar zeiden tegelijkertijd dat zij over onvoldoende kennis beschikken om te bepalen óf en welke gewasbeschermingsmiddelen (lees: pesticiden) ze in het experiment willen toestaan. Ze gaven aan het oordeel van het RIVM af te wachten. In de position paper heeft Cannabis Connect aangegeven dat veel plantenziekten voorkomen kunnen worden door de opzet van de teelt. De ervaringen in Canada laten zien dat de risico’s voor plagen (en verspreiding daarvan) veel kleiner zijn bij indoorteelt met verschillende kleine compartimenten dan in grootschalig opgezette kas.

Monitoring

Gedurende het twee uur durende gesprek viel regelmatig de term ‘monitoring’. De ambtenaren zijn gericht op een goede uitvoering van het experiment. Ze legden grote nadruk op een hele directe monitoring van alles wat er binnen het experiment gebeurt. Dat betekent overigens niet dat er meteen kan worden bijgestuurd als er iets misgaat. Als zaken niet goed lopen door eisen die in de wet of AmvB staan, dan is tussentijdse bijsturing niet zomaar geregeld. Daarom – we kunnen het niet vaak genoeg zeggen – is het van groot belang dat die voorwaarden realistisch en werkbaar zijn.

Verpakking

Een laatste punt dat het vermelden waard is, betreft de verpakking van de wiet. Inmiddels zijn de negatieve ervaringen uit Canada met de niet transparante verpakkingen ook bij Nederlandse beleidmakers doorgedrongen. Bij cannabis gaat het om een plantaardig product dat er niet altijd hetzelfde uitziet. Het is belangrijk voor veel consumenten om de wiet die ze aanschaffen eerst te ruiken, of te voelen, of op zijn minst te zien! Een niet transparante afgesloten verpakking brengt de consument terug naar de jaren zestig, waarin de hasj dealer zijn waren in aluminiumfolie verpakte. Je moest hem maar op zijn blauwe ogen vertrouwen dat hij je geen stuk autoband of erger verkocht… De ambtenaren lieten zich overtuigen dat een transparante verpakking van belang is.

Belangrijk van de ontmoeting van 22 augustus was de onderlinge verhouding tussen de ambtenaren en de ondernemers. De aanwezigen namen elkaar serieus en er was over en weer begrip voor elkaars standpunten en ideeën (al blijft er natuurlijk ook een politieke werkelijkheid bestaan, waarbinnen de ambtenaren moeten bewegen: De ambtenaren leggen hun oor te luister, maar uiteindelijk beslissen de ministers en daarna het parlement.) Het lijkt inmiddels misschien de gewoonste zaak van de wereld, maar tot nog niet zo heel lang geleden werden beslissingen over de coffeeshopbranche altijd gemaakt zonder de coffeeshops erbij te betrekken. Dat lijkt nu voorgoed verleden tijd.

Expert

Een van de laatste verzoeken van de ambtenaren was om vanuit de coffeeshopsector een expert aan te dragen die de ministeries kan helpen bij het selecteren van telers. Deze expert moet geen belangen hebben in de eventuele toekenning van teeltvergunningen. Het is op dit moment niet heel makkelijk om zo iemand te vinden. Echte experts die hier iets zinnigs over kunnen zeggen lijken daar inmiddels wel een belang bij te hebben. Mocht Cannabis Connect een expert over het hoofd zien dan is het nu het moment voor deze persoon om zich kenbaar te maken binnen de branche.

Selectie experimentgemeenten

Donderdag 29 augustus om 11 uur maakt de commissie Knottnerus haar selectie bekend van gemeenten die aan het experiment deelnemen. De selectie moet vervolgens worden goedgekeurd door de politiek. Ook zijn er mogelijk gemeenten geselecteerd die een voorbehoud hebben gemaakt. In dat geval zal de beslissing om aan het experiment deel te nemen nog aan de lokale gemeenteraad worden voorgelegd. Vanaf dat moment zal het wietexperiment gevoelsmatig een stuk dichterbij komen.

Niet blind

Een aantal dingen zijn misschien nog niet helemaal duidelijk. Maar het is erg prettig dat de ambtenaren die werken aan de praktische uitvoering van het experiment niet blind lijken voor praktische problemen en een goed oor hebben voor wat de branche over een aantal zaken heeft te melden. Dat geldt ook voor de 90% van de coffeeshops die niet meedoen aan het wietexperiment. Het is belangrijk om ook de situatie voor al die coffeeshops eens te bezien. Het is te overwegen om ook voor die coffeeshops een hogere handelsvoorraad toe te staan, of een externe voorraadplek en transport van en naar de coffeeshop te gedogen. Ook het testen van de voorraad is belangrijk. Het is een onwenselijke situatie als daar de komende 7 jaar niets aan veranderd.

Redactie BCD, 27 augustus 2019